Genezing van jarenlange drugsafhankelijkheid

A.M. (42), Wels (Oostenrijk)

A. M. (42), Wels (Österreich)“Willen jullie meeroken?” Uitnodiging met verwoestende gevolgen voor mijn hele latere leven. Ik was nauwelijks 17 jaar, erg verlegen en had totaal geen zelfvertrouwen, toen mijn toenmalige vriend en latere echtgenoot en ik door een bekende op een joint (hasjsigaret) werden getrakteerd. Op deze vriendelijke traktatie van zogenaamde vrienden volgden andere, waar we graag gehoor aan gaven. De val was gezet en wij trapten erin, zoals zo velen voor en na ons. Al na korte tijd begonnen wij zelf met het kopen van hasj, dat we in het begin alleen in het weekend gebruikten.

Sluipend naar afhankelijkheid

Na ongeveer twee tot drie maanden rookten wij al elke avond en na ongeveer een half jaar ook overdag. Zelfs wanneer ik naar het werk ging, verliet ik het huis nooit “nuchter”. Hoeveel gram ik overdag tot me nam, was niet zo goed te controleren, omdat ik zelden alleen rookte, ik ga uit van ongeveer drie gram, waarschijnlijk was het meer. Het gebruik van hasj werd een vast deel van ons leven. Met oogdruppels tegen rode ogen kon ik de uiterlijke tekens van het drugsgebruik heel goed verbergen.

Het palet wordt groter

Het spectrum van verdovende middelen is gigantisch en ik probeerde al het mogelijke uit: zo nam ik algauw LSD-trips, speed, cocaïne, hallucinogene paddestoelen, tabletten( Lexotanil, Rohypnol etc.) en alcohol. Soms nam ik enkele tabletten, dronk meestal Teguilla en bier erbij tot ik niets meer voelde en natuurlijk heroïne!

Als ik nu terugdenk, was ik geen dag meer nuchter. Het ging allemaal zo sluipend, uiteindelijk bestond de gezamenlijke kennissenkring uit mensen die ook drugs namen. Destijds dacht ik, dat ik het nog onder controle had, wat echter al lang niet meer het geval was. Toen ik 29 was, stierf mijn man door een verkeersongeval.

De rem kwijt

Van toen af aan ging het echt bergafwaarts. Ik verloor elk houvast in het leven en was niet in staat tot regelmatig werk. Om de zielenpijn te verdoven en om te vergeten, begon ik ’s morgens al met het spuiten van heroïne. De zes slechtste jaren van mijn leven volgden. Afhankelijk van de kwaliteit gebruikte ik dagelijks tussen de een en twee gram heroïne en nam alles wat op dat moment verkrijgbaar was.

Zonder heroïne was ik tot niets meer in staat, kon noch eten noch drinken. Niet één slok water bleef in mijn maag, daarbij kwamen het braken, diarree, koude rillingen, krampen, kou en pijn over het hele lichaam. Toestanden zo erg, dat ik alleen maar dood wilde zijn. Als ik dan weer heroïne genomen had, ging alle pijn weg, ik kon weer eten en drinken en voelde mij goed.

Daarbij kwam de angst voor de politie, want zonder onderling drugs te verhandelen ging het niet. Ik verkocht al mijn waardevolle zaken en maakte hoge schulden bij de bank. Ik woog bij een lichaamslengte van 1.68 m nog 45 kilo en was lichamelijk een wrak.

Soms wilde ik alleen nog maar sterven

Om mijn ouders de pijn te besparen, die mijn aanblik hun bood, verbrak ik het contact met mijn familie. In deze tijd had ik geen contact met andere “normale” mensen. Desondanks hebben mijn ouders en familie mij nooit laten vallen. Van mijn moeder weet ik, dat zij al die jaren voor mij heeft gebeden. Mijn zuster en haar man hielpen mij meer dan eens bij de pogingen op te houden, wat mij echter nooit lukte.

Door een arts, die mijn moeder kende, werd ik vier keer in het ziekenhuis opgenomen om af te kicken, daar kreeg ik om de 12 uur 10 Codicol 120 mg tegen de lichamelijke ontwenningsverschijnselen.

Ondanks de medicijnen had ik pijn over mijn hele lichaam, slapen was onmogelijk. Het lukte mij niet deze ontwenning te doorstaan en ik liet mij door een vriend heroïne in het ziekenhuis brengen. Zo ging ik elke keer zonder een werkelijke verbetering naar huis. Vaak had ik geen geld meer voor heroïne, slikte papaverzaaddozen en van alles om de lichamelijke ontwenning vol te houden. In deze tijd wilde ik vaak alleen nog maar sterven, ik zag eenvoudig geen uitweg meer.

Een flyer wijst de weg

Toen ik in de Bruno Gröning-Vriendenkring kwam, had ik achttien jaar drugsverslaving achter de rug, waarvan zeven jaar heroïneverslaafd. Bij een arts vond ik een flyer met een uitnodiging voor een informatieve lezing, waarheen mijn broer mij begeleidde, ook hier ging ik geenszins nuchter naartoe.

Toen ik na de lezing met mijn broer naar huis reed, kwam de gedachte bij mij op: “Nu houd je op met het hasj roken”. Mijn broer, geloofde me niet, dat had ik toch voorheen al zo vaak gezegd. Aan de hard drugs zoals bijvoorbeeld heroïne heb ik toen helemaal niet gedacht. Vanaf die avond, 22 oktober 1998 tot vandaag juni 2006, heb ik nooit meer heroïne, cocaïne, speed enz. gebruikt. Ik had tot mijn verbazing geen ontwenningsverschijnselen. Het verlangen naar drugs was eenvoudig weg. Na ongeveer twee maanden begon ik nog één keer 14 dagen met hasj, ben toen echter ook definitief daarmee gestopt.

Sinds november van hetzelfde jaar bezoek ik regelmatig de bijeenkomsten en pas de leer van Bruno Gröning toe. Ik heb weer veel plezier in het leven en ook opnieuw een zeer goed contact met mijn familie en ik ben elke morgen blij, dat ik nog leef. Ik heb een normaal gewicht en ik kan weer een beroep uitoefenen. Van de twintig “vrienden” uit de tijd van de drugsverslaving leven er nu nog vijf, ik weet het daarom te waarderen, dat ik een normaal en gezond leven kan leiden.

Psychologisch commentaar

Mevrouw M. heeft naar eigen zeggen bijna achttien jaar illegale drugs gebruikt, daarvan was zij zeven jaar zwaar heroïneverslaafd. Ze was op 17 jarige leeftijd begonnen met de softdrug hasj (cannabis), snel kwam het tot regelmatig consumeren en er kwamen LSD, speed, cocaïne, heroïne, hallucinogene paddenstoelen alsmede verschillende psychoactieve medicijnen in combinatie met alcohol bij. Na de dood van haar echtgenoot verloor mevrouw M. definitief de controle over haar drugsgebruik en werd zwaar heroïneverslaafd (1-2 gram per dag).

De bij het ontwennen van opiaten gebruikelijke zware ontwenningsverschijnselen (braken, diarree, koude rillingen enz.) verhinderden steeds opnieuw haar lichaam te ontgiften. Ook met vier keer ziekenhuisopname was het haar niet mogelijk een ontwenning vol te houden. Na 18 jaar intensief drugsgebruik is mevrouw M. lichamelijk een wrak, heeft schulden en is in de drugscriminaliteit beland. Na een informatieve lezing van de Bruno Gröning-Vriendenkring op 22 oktober 1998 in Wels/Boven-Oostenrijk is zij zonder lichamelijke ontwenningsverschijnselen spontaan vrij van alle drugs. Dat is tot vandaag, juni 2006, zo gebleven. Haar leven verloopt weer langs geordende banen.

Vanuit psychologisch oogpunt is een dergelijke spontane genezing noch verklaarbaar noch te begrijpen. Normaal gesproken recidiveren dergelijk langdurig verslaafden na het ontgiften en aansluitende therapie in meer dan 90% van de gevallen uiterlijk binnen twee jaar. Mevrouw M. daarentegen heeft nooit een lichamelijke ontwenning doorgemaakt, om maar te zwijgen van therapie. Zo grenst deze spontane genezing voor mij aan een wonder, dat slechts langs geestelijke weg door de leer van Bruno Gröning kan hebben plaatsgevonden.

Dokumentarfilm

Documentaire:
"Het fenomeen
Bruno Gröning"

Data filmvoorstellingen in vele steden wereldwijd

Grete Häusler-Verlag

Grete Häusler uitgeverij: Een grote keus uit boeken, tijdschriften, CD’s, DVD’s en kalenders

fwd

Wetenschappers aan het woord: Interessante aspecten van de leer van Bruno Gröning